Intrekking Nederlanderschap na plegen van terroristisch misdrijf blijft in stand

Foto: Pixabay

- Rechtbank Limburg -

Op 27 mei 2021 heeft de meervoudige kamer Bestuursrecht van de rechtbank Limburg uitspraak gedaan in het beroep tegen de intrekking van het Nederlanderschap van een man die veroordeeld is voor het plegen van een terroristisch misdrijf. De rechtbank heeft geoordeeld dat het besluit van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid tot intrekking van het Nederlanderschap in stand blijft. 

Standpunt staatssecretaris van Justitie en Veiligheid

Eiser is geboren in Irak en in 1999 is hij op jeugdige leeftijd met zijn familie naar Nederland gekomen. Hij heeft sinds 2008 de Nederlandse nationaliteit. Omdat de man zich heeft schuldig gemaakt aan het plegen van (voorbereidingshandelingen voor) een terroristisch misdrijf, heeft de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid deze Nederlandse nationaliteit ingetrokken. De man is hiertegen in beroep gegaan. De intrekking is gebaseerd op het feit dat eiser zich schuldig heeft gemaakt aan het plegen van (voorbereidingshandelingen voor) een terroristisch misdrijf. 

Oordeel van de rechtbank

Gelet op de aard van het door eiser gepleegde misdrijf is de rechtbank van oordeel dat de band tussen eiser en Nederland niet langer bestaat. De door eiser in dat kader aangevoerde argumenten maken dat niet anders. De rechtbank is van oordeel dat de beslissing van de staatssecretaris tot intrekking van het Nederlanderschap in stand kan blijven. De rechtbank heeft het beroep daarom ongegrond verklaard. 

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen