Maastricht – De Statenfracties van GroenLinks en de PvdA vrezen economische schade voor Limburg door de Duitse grenscontroles. “Het zal veel grensstreekondernemers in hun beurs gaan raken”, aldus GroenLinks-fractievoorzitter Thea Jetten. Verder verwachten ze overlast door langere reistijden.
‘Kabinet stop controles’
De fracties willen dat de provincie in Duitsland en bij het kabinet gaat lobbyen om de Duitse controles te stoppen en anders de overlast te beperken. Ook zijn ze om dezelfde redenen tegen de voorgenomen Nederlandse grenscontroles.
Economische voordelen
Veel mensen in de grensstreek steken regelmatig de grens over. Bijvoorbeeld voor werk, zorg, onderwijs, winkelen, toerisme en recreatie. “GroenLinks en de PvdA willen de verwachte economische voordelen hiervan en de schade door de grenscontroles in kaart laten brengen”, legt PvdA-fractievoorzitter Aleida Berghorst uit.
Opbrengsten voor Limburg
“Daarom willen we van Gedeputeerde Staten weten hoeveel Duitsers dagelijks de Limburgse grens oversteken en omgekeerd. Ook hebben we gevraagd naar de opbrengsten voor Limburg en het aantal mensen in onze provincie dat verdient aan de forensen, onder meer in horeca, detailhandel, toerisme en recreatie.”
Raadsvragen in Roermond
Eerder al hebben de gemeenteraadsfracties van GroenLinks en de PvdA in Roermond lokaal vragen gesteld over de grenscontroles. Grensstad Roermond wordt jaarlijks zo’n 6,8 miljoen keer bezocht vanuit Nordrhein-Westfalen en Niedersachsen, vooral om te winkelen.
Voor Venlo gaat het om 4,4 miljoen bezoeken per jaar, eveneens volgens het Nederlands Bureau voor Toerisme & Congressen en de provincies in 2023. Andersom gaan veel Limburgers regelmatig de grens over met Duitsland en België, onder meer om te tanken, maar ook voor vakanties. Hoeveel precies, is niet duidelijk.
GroenLinks werkt elke dag aan een groener en socialer Limburg. Een Limburg, waar ook toekomstige generaties van het goede leven kunnen genieten. De partij is met vier Statenleden vertegenwoordigd in Provinciale Staten: Thea Jetten, Eric Sol, Kathleen Mertens en Arlan Dautzenberg. Deze bestuursperiode wordt extra ingezet op betere bereikbaarheid van het platteland, behoud van de Limburgse taal en cultuur, en structurele investeringen in Parkstad.