Anti-vlooienmiddelen bedreigen jonge vogels

MIDDEN-LIMBURG – Vogels die hun nesten bekleden met haren van honden of katten lopen gevaar als de dieren recent zijn behandeld met anti-vlooienmiddelen. Onderzoek toont aan dat giftige stoffen zoals fipronil en imidacloprid via deze haren in de nesten terechtkomen, met dodelijke gevolgen voor kuikens.

De middelen, in de landbouw verboden maar nog toegestaan voor huisdieren, komen niet alleen in vogelnesten terecht, maar ook in het oppervlaktewater wanneer behandelde dieren zwemmen. Eén behandeling van een grote hond bevat genoeg imidacloprid om 25 miljoen bijen te doden.

Vogelbescherming Nederland adviseert huisdiereigenaren kritisch te kijken naar het gebruik van preventieve middelen. In sommige gevallen kan het volstaan om dieren alleen te behandelen bij daadwerkelijke besmetting, aangevuld met regelmatige controles en hygiëne in huis. Tabletten en injecties lijken minder schadelijk voor het milieu dan vlooienbandjes of nekdruppels, maar ook daar is nog onderzoek nodig.

Belangrijk is dat haren van recent behandelde dieren niet in de natuur belanden. Kam dieren binnen uit, gooi haren in de afvalbak, en voorkom zwemmen of wassen in de eerste dagen na behandeling. Zo krijgen jonge vogels meer kans om gezond op te groeien.

(Bron: Vogelbescherming Nederland)