De Sinti-kunstenares Morena Bamberger, geboren en getogen in Herkenbosch, staat deze week met een interview in de New York Times. De prestigieuze krant besteedt aandacht aan haar kunstinstallatie Sonnekaskro Djiephen ('Een leven van goud'), die momenteel te zien is in de tentoonstelling Dream On in het Bonnefantenmuseum in Maastricht.
In het interview vertelt Bamberger over haar jeugd in een hechte Sinti-gemeenschap en haar verlangen naar een wereld waarin haar volk weer vrij kan rondtrekken, zoals ze dat vroeger deden. Haar kunstwerk, waarin een tweepotige eenhoorn een houten wagen voorttrekt, is een poëtische verbeelding van die droom.
"Wij waren ooit wolven, levend in een roedel in het bos, huilend naar de maan," zegt ze in het artikel. "Maar helaas zijn we veranderd in kleine chihuahua’s, gevoed en geaaid in huis, waardoor we onze avontuurlijke geest zijn kwijtgeraakt."
Met haar werk wil Bamberger mensen aansporen om na te denken over hun eigen vrijheid en diepere levensdoelen.
Haar internationale doorbraak met een vermelding in de New York Times is niet alleen een persoonlijke mijlpaal, maar ook een erkenning van de kracht van Sinti-kunst en cultuur.
Lees hier de bijdrage in de New York Times