Tijdens de raadvergadering van 8 juni kwam de financiering van de Oranjerie uitgebreid aan de orde. Er is niet alleen gevraagd om de investeringsbijdrage en exploitatiesubsidie vanuit de gemeente Roermond, maar ook om een bijdrage van de provincie Limburg. Het raadsbesluit over de gemeentelijke bijdrage werd met een overgrote meerderheid aangenomen, waardoor deze is veilig gesteld.
De provinciale bijdrage is echter nog twijfelachtig, en roept grote vraagtekens op. De VVD-fractie hoopt dat met het aanreiken van een symbolische gele kaart de portefeuillehouders voldoende zijn wakker geschud om te zorgen voor het gewenste resultaat. Zij roept de portefeuillehouder, de rest van het college en de collega/fracties op om theater in de Oranjerie voor de komende 25 jaar mogelijk te maken.
De Oranjerie als theater speelt een belangrijke rol in deze regio en heeft een breed bereik onder de Midden-Limburgse bevolking. De gehele raad is positief over dit aspect, maar laat kritische geluiden horen over de provinciale bijdrage, die helemaal niet zeker blijkt te zijn. Op 23 mei is een artikel in DDL verschenen met als kop: ‘Provincie: “Plan bijdrage Oranjerie moet beter”: volgens de provincie moet de gemeente komen met een breder plan voor de binnenstad, omdat het huidige plan niet zou voldoen. Volgens de wethouder “ligt er een totaalplan bij de provincie, waar mogelijk nog vragen over zijn”. Het blijkt te gaan om het ‘Investeringsplan Greujts op Remunj’, dat tot voor kort niet eens bekend was bij de raad.
Dit plan blijkt een beknopte samenvatting te zijn met betrekking tot 3 speerpunten: doorstroming op de woningmarkt en leefbaarheid in stad en regio, campusontwikkeling met het MBO, en ontmoeten in het theater. In een begeleidend schrijven wordt een totale investeringsbijdrage van 6 miljoen aan de provincie gevraagd. De samenhang tussen de speerpunten ontbreekt, evenals een investeringsbegroting, zodat de verdeling over de speerpunten geheel onduidelijk is. De casus Oranjerie blijkt wel concreet uitgewerkt, maar ook het thema Wonen dient op een concreet niveau gebracht te worden, om in aanmerking te kunnen komen voor een bijdrage voor de Oranjerie uit het KLC (Kwaliteit Limburgse Centra), zo blijkt uit een brief van 21 januari jl. van Gedeputeerde Staten aan het college van Roermond.
De VVD-fractie vraagt zich af of dit plan voldoet, en kan zich – gezien deze brief van GS – voorstellen dat er vanuit de provincie nog veel vragen bestaan. Mogelijk zijn er onduidelijkheden weggenomen tijdens een werkbezoek van de provincie. Omdat de raad hierover (nog) niet is geïnformeerd, is dat nog onbekend. De fractie verzoekt nu dan ook om opheldering hierover van de portefeuillehouder cultuur, en wil tevens van de portefeuillehouder volkshuisvesting weten hoe de noodzakelijke verdieping van dit plan uitgevoerd gaat worden, en welke vervolgafspraken met de provincie zijn gemaakt.
Blijkbaar heeft de voltallige raad te weinig gehoor gevonden bij de verantwoordelijke personen zoals de wethouder cultuur. Men heeft zich met een motie rechtstreeks gewend tot Gedeputeerde Staten, en gevraagd om alles in het werk te stellen om de provinciale bijdrage aan de revitalisering van theater De Oranjerie te realiseren. Deze motie kan enerzijds worden gezien als een steuntje in de rug als het gaat om contacten tussen college en provincie, maar anderzijds ook als de symbolische gele kaart: de eerste overtreding, gericht aan de portefeuillehouder. Bij een volgende overtreding of gele kaart dient men het veld te verlaten. Het is dan ook een oproep aan de portefeuillehouder om nu echt aan de slag te gaan.
Volgens de VVD-fractie is zo’n provinciale bijdrage geen kwestie van geluk, maar het resultaat van keihard werken om dat geluk af te dwingen. Ze roept dan ook het voltallige college op om zich te laten zien, te netwerken en netwerken op te bouwen, zodat plannen en ideëen in de week gezet kunnen worden. Er dient draagvlak te komen voor de Oranjerie, vanuit Roermond, bij ondernemers, bij buurgemeenten en de regio, en zelfs over de grens, om zoveel mogelijk kansen te creëren. Alle raadsleden worden opgeroepen om hun netwerken in te schakelen, om richting de provincie een gewillig oor en een warm hart voor deze Roermondse zaak te bewerkstelligen.
